De fiscaliteit wordt er elk jaar weer iets ingewikkelder op in dit land. Een fiscale hervorming die de bomen in het bos opnieuw zichtbaar maakt, lijkt dan ook aangewezen. Belangrijker nog is dat de nadruk verschuift van lasten op arbeid naar lasten op consumptie, in het bijzonder milieubelastend gedrag. Aangezien België de op drie na hoogste belastingsdruk heeft van alle OESO-landen, moet er bij deze verschuiving naar transparantere en groenere fiscale wetgeving over gewaakt worden dat deze druk niet verder toeneemt.
Verschuiving naar lasten op vervuiling
De meest doeltreffende manier om gedrag van mensen een duw in de groene richting te geven, is en blijft een financiële incentive. Een sprekend voorbeeld daarvan is de invoering van de ecotaks in 2003, die het gebruik van wegwerpzakken met 80 procent deed afnemen. De ecotaks brengt de schatkist inmiddels nog nauwelijks iets op, wat erop wijst dat de consument zijn gedrag heeft bijgestuurd.
Het valt dan ook te betreuren dat de regering ervoor gekozen heeft om ten gevolge van de stijgende brandstofprijzen een omgekeerde cliquet in te voeren. Dit systeem houdt in dat de accijnzen aan de pomp vanaf een bepaald prijsniveau lichtjes dalen bij elke nieuwe prijsstijging doordat de meerontvangsten aan btw voor de staat, al dan niet gedeeltelijk, gecompenseerd worden door een daling van de bijzondere accijnzen. Op die manier bereidt men de burger niet voor op het post-olie tijdperk. De klap zal in de toekomst alleen maar harder aankomen. Dat de olie op termijn nog duurder zal worden staat immers in de sterren geschreven. Aan het huidige verbruikstempo (dat echter nog in stijgende lijn gaat) volstaan de reserves nog voor 40 à 50 jaar. Investeren in hernieuwbare energie was dus een betere optie geweest.
De recente voorstellen om het regime van de meer vervuilende bedrijfswagens te verstrengen is in dat kader een denkpiste in de goeie richting. Alleen hoort hierbij wel een serieuze ‘maar’. De bedrijfswagen is in België immers uitgegroeid tot een manier om productieve mensen, die reeds in grote mate bijdragen aan de sociale zekerheid -en vaak zeer hard werken- een vorm van extra loon aan te bieden. De lasten op arbeid zijn hier immers zo drukkend hoog dat allerlei alternatieve verloningsvormen worden aangeboden.
Verlaging van de lasten op arbeid
Als men dergelijke maatregelen in overweging neemt moet men dit dus koppelen aan een verlaging van de lasten op arbeid. Dit kan opnieuw zuurstof geven aan onze bedrijven, die door de oplopende loonhandicap ten opzichte van onze buurlanden momenteel almaar aan concurrentiekracht inboeten. Een verschuiving naar hogere belasting op consumptie is uiteraard nodig om de overheidsfinanciën in balans te houden. Producten en diensten die de draagkracht van onze aarde extra aantasten, dienen navenant belast te worden. Aangezien de negatieve gevolgen hiervan door iedereen gedragen moeten worden, is dat een rechtvaardigere situatie. Bij deze verschuiving kan het geenszins de bedoeling zijn om de algemene belastingsdruk nog verder te laten stijgen. Deze ligt momenteel reeds hoger dan in onze buurlanden.
Elk niveau eigen belastingen
Een fiscale hervorming maakt best ook komaf met het systeem waarbij bepaalde overheden dotaties ontvangen van andere overheden om hun werkingskosten te financieren. Voor de federale bevoegdheden hoort de federale overheid belastingen te heffen, voor de Vlaamse zijn eigen Vlaamse belastingen op hun plaats. Dat verhoogt de transparantie en plaatst elke overheid voor zijn verantwoordelijkheid. Hetzelfde geldt voor de Europese Unie. Deze is momenteel afhankelijk van dotaties van de lidstaten, wat zijn onafhankelijkheid niet ten goede komt. De bevoegdheden van de Unie worden beter gefinancierd vanuit eigen, Europese belastingen, waarbij de huidige nationale dotaties terugvloeien naar de burger in een nuloperatie. Wegens de huidige Europese financiële instabiliteit en de gevoelige politieke context is daarbij wel enig uitstel aangewezen.
Gedaan met de ballonnetjes
Naast lage tarieven (uiteraard) en eenvoudige belastingssystemen is fiscale stabiliteit van goudwaarde in het aantrekken van investeringen. Dat besef lijkt in Belgische regeringskringen nog niet echt doorgedrongen. Terwijl premier Leterme in Amerika investeerders trachtte gerust te stellen dat er in de regering een consensus bestaat om de notionele intrestaftrek te behouden, werden vanuit andere regeringshoek ballonnetjes opgelaten die het tegendeel bepleitten. Dodelijk voor de geloofwaardigheid. Een periode van stabiele rechtszekerheid na een fiscale hervorming is aangewezen.
Groener en transparanter
Een transparanter fiscaal systeem met lagere lasten op arbeid maakt het mogelijk om onze bedrijven opnieuw zuurstof te geven en de buitenlandse investeringen aan te zwengelen. Een verschuiving naar lasten op consumptie voorkomt drooglegging van de overheid. Een periode van stabiliteit volgend op deze ondernemingsvriendelijke hervorming geeft de bedrijven vervolgens het rechtszeker kader waar ze naar op zoek zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten