Als enige partij kwam de N-VA met een duidelijke ‘nee’ op de nota van Di Rupo. De partij haalde zich daarmee de toorn van heel wat andere partijen en organisaties op het hoofd. De weigering om aan de tafel te gaan op basis van dit document zou onverantwoord zijn. Toch is het niet meer dan een logische reactie van een partij die er op heel wat domeinen tal van fundamentele tegenstrijdigheden met zijn programma in ontwaart. Als je wel instemt dan wordt de voorliggende nota immers onvermijdelijk het ankerpunt waaraan niet veel meer kan bijgeschaafd worden.
Een ‘ja’ op dergelijke formateursnota legitimeert deze meteen als referentie voor een ‘eerbaar compromis’, hoe groot de bijhorende ‘maar’ ook mag wezen. Het is dan de facto niet meer mogelijk om nog grote stappen te zetten of aan te sturen op een ingrijpend andere koers. Winst die men op bepaalde vlakken boekt zal immers haast automatisch gepaard gaan met toegevingen op andere vlakken, kwestie van het evenwicht niet onderuit te halen.
Men kan het de absolute marktleider in Vlaanderen dan ook moeilijk kwalijk nemen niet in een regering te stappen die slechts in uiterst beperkte mate tegemoet komt aan haar verkiezingsprogramma en er op meerdere vlakken zelfs de negatie van inhoudt. Die houding mag niet verward worden met onwil om tot een akkoord te komen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten